
Door Loes van Hove – trainer, communicatieverantwoordelijke en van-alles-doener bij KlimaatContact
Drie uitspraken:
1. “Maar dat dier is toch al dood”
2. “Het vliegtuig vliegt toch, of jij er nu in zit of niet”
3. “Laat de overheid eerst maar iets doen”
Wat deze uitspraken met elkaar gemeen hebben: mensen zeiden dit tegen mij. En ik wist op dat moment echt niet hoe ik erop moest antwoorden.
Nummer 1 – “Maar dat dier is toch al dood” – werd gezegd door mijn neef in 2018. Tijdens een familiefeest waarbij ik als enige aan tafel tomatensoep kreeg (zonder vlees) en de rest groentesoep (met gehaktballetjes).
Ik vermoed dat ik heb gerold met mijn ogen en inwendig een vuist maakte en vooral snel over iets anders begon.✊
Nummer 2 – “Het vliegtuig vliegt toch, of jij er nu in zit of niet” – was een studiegenoot. De hele studievereniging ging op reis met het vliegtuig. ✈️Ik ging niet mee, want ik wilde alleen vliegen als het echt niet anders kon. Vanwege het klimaat. In 2012 was dat echt heel raar.
Ik wandelde daarna de trap af, naar de fietsenkelder. Ik weet nog goed hoe ik me voelde: verslagen. Alleen. Dom ook. Want ik snapte dat het op een bepaalde manier klopt: één persoon meer of minder in een vliegtuig doet er voor het klimaat niet toe. 🛫
En ik kon niet onder woorden brengen waarom het toch zo verkeerd voelde. En ik ging al helemaaaal niet praten met iemand over mijn klimaatzorgen.
Nummer 3 – “Laat de overheid eerst maar iets doen” – wordt nog steeds vaak tegen me gezegd. (Grappig detail: zelfs toen ik voor KlimaatContact een vijfdaagse opleiding verzorgde voor de Vlaamse Overheid)
Sterker nog, ik zou dit zelf kunnen zeggen: de overheid heeft slagkracht, kan veel meer in gang zetten dan ik, één persoon. Ik verwacht dat de overheid mij beschermt tegen (de gevolgen van) de klimaatcrisis.💦
Maar laatst werd het gezegd door een vermogend man – goede job, grote wagen, zelfgebouwd huis, hij had daarvoor al een opmerking gemaakt over dat vlees gewoon te lekker is, haha – en dacht ik vooral: begin ook eens zelf.
(Gelukkig dacht ik ook: zeg het niet Loes, zeg het niet).
Ik zei niets en wist ook eigenlijk niet goed te reageren.
Of je nu al lang bezig bent met klimaatthema’s of niet, op gegeven moment zeggen mensen ‘dooddoeners’ tegen je. Uitspraken waar je geen antwoord op hebt. Bijvoorbeeld omdat je inhoudelijk niet precies weet hoeveel procent dit, of waarom dat. Of omdat je overweldigd bent door je eigen emoties.🌀
Dan sta je met je mond vol tanden en dat is niet alleen frustrerend, het is ook een enorm gemiste kans voor systeemverandering.
In die gevallen dat ik het even niet meer zo goed weet, helpt het mij een paar mogelijke reactiepaden in mijn hoofd te hebben.
Mijn 6 go-to manieren om te reageren op dooddoeners
1. Gebruik humor😄
Als dat lukt, is het de max! Als het niet lukt, vooral ongemakkelijk.
Tegen mijn neef had ik bijvoorbeeld kunnen overdrijven: “Thomas, die uitspraak is zóóó 2017” (en dan verder niet uitleggen, maar het daarbij laten)
Misschien niet de beste humor, doe het gerust beter.😉
2. Stel een vraag,
liefst naar ervaring of achterliggend idee en beter niet naar inhoud.
Aan alledrie had ik kunnen vragen: “Hoe is dat voor jou?” of “Waarom zeg je dat?”
3. Zeg iets over gevoel,
dat van jou of van de ander. Laat je💚 spreken.
“Het is een lastig probleem hè”
“Ik vind het wel jammer dat je dat zegt”
4. Breng dubbelheid in➡️⬅️
Tegen de vermogende man: “Ik vind dat wel wat dubbel. Aan de ene kant zeg ik het zelf ook vaak. Ik verwacht veel van de overheid. Aan de andere kant denk ik ook dat we als individu veel kunnen doen om die overheid in gang te zetten. Welke invloed heb je wel en welke invloed heb je niet?”
5. Feiten
Als je het zeker weet, als je zin hebt in een (meestal niet-constructieve) feitendiscussie of als je weet dat de ontvanger openstaat om daadwerkelijke informatie te horen, kun je overwegen om te beginnen over feiten.🚨
Maar bedenk je twee keer voordat je iemand een grafiek onder de neus schuift, een website doorstuurt of een boek aanraadt, want als diegene daar niet nieuwsgierig naar is, zorgt dit meestal niet voor verbinding.
Als je het dan toch wilt doen, denk dan ook aan optie 6:
6. Wacht een weekje en kom erop terug. 🗓️ Liefst met een vraag.
“Weet je nog, dat jij een opmerking maakte over mijn tomatensoep/ dat ik niet mee ging op studiereis. Ik ben zelf veel bezig met klimaat en vroeg me af: hoe sta jij daarin?”
Het gesprek uitstellen of later nog eens openen is ook heel goed toepasbaar als het niet is gelukt om iets terug te zeggen. Want ook dat gaat vermoedelijk blijven gebeuren.

Nu jij. Welke uitspraak vind je lastig? Hoe zou je kunnen reageren met humor, een vraag, een gevoel of dubbelheid? 🌱
Bij KlimaatContact geloven we in het vergroten van onze handafdruk. Het geeft plezier, het zet iets groters in beweging, het is mogelijk voor iedereen; ongeacht de grootte van je portemonnee, je opleiding, je situatie.
Eén van de meest effectieve manieren is om vaker te praten over thema’s die te maken hebben met het klimaat.
Hoe ga jij jouw handafdruk vergroten? Met wie ga jij praten?🖐️